CASTRATIE VERSUS STERILISATIE
DE VERSCHILLEN TUSSEN CASTRATIE EN STERILISATIE
DE VERSCHILLEN TUSSEN CASTRATIE EN STERILISATIE
De termen ‘castratie’ en ‘sterilisatie’ worden nogal eens door elkaar gebruikt. Maar worden honden en katten nou gecastreerd of gesteriliseerd? Of is er een verschil tussen reuen en teefjes of tussen katers en poezen? En worden konijnen eigenlijk gecastreerd? Kortom, tijd voor verduidelijking. In dit artikel vertellen wij over de verschillen tussen castratie en sterilisatie bij honden, katten en konijnen.
Als een hond, kat of konijn wordt gesteriliseerd, worden de zaadleiders of eileiders afgebonden. Hierdoor wordt het dier onvruchtbaar en kan zich dus niet meer voortplanten. Wel produceert het dier nog steeds geslachtshormonen.
Als een huisdier wordt gecastreerd, worden de geslachtsorganen verwijderd. Bij de mannelijke dieren gaat het om de zaadballen en bij de vrouwelijke dieren om de eierstokken (soms ook de baarmoeder als die bijvoorbeeld ontstoken is). Door castratie wordt het dier niet alleen onvruchtbaar, maar zal het ook geen geslachtshormonen meer produceren. En die hormonen hebben nou juist veel invloed op de gezondheid en het gedrag. Om die reden worden eigenlijk bijna alle honden, katten en konijnen gecastreerd en niet gesteriliseerd. Zowel de mannelijke als vrouwelijke dieren dus.
Het wegnemen van de hormonen zou namelijk positieve effecten kunnen hebben op de gezondheid van uw huisdier. Zo neemt bij teefjes, poezen en voedsters (vrouwelijke konijnen) de kans op melkkliertumoren, baarmoederontsteking en diabetes af en worden zij niet meer loops/krols of schijnzwanger. Ook bij reuen, katers en rammelaars zou door castratie de kans op bijvoorbeeld testikeltumoren kunnen afnemen.
Op het gebied van gedrag zou door castratie bij reuen, katers en rammelaars hormonaal aangestuurde agressie kunnen verminderen. Hierbij is het wel belangrijk dat het gedrag dus echt wordt veroorzaakt door de geslachtshormonen, anders zal er waarschijnlijk geen effect zichtbaar zijn. Ook kunnen bijvoorbeeld reuen minder de neiging krijgen om te ontsnappen op zoek naar loopse teven of gaan markeren in en rondom huis. Teven en poezen worden na castratie bijvoorbeeld niet meer loops/krols of schijnzwanger en alle gedragseffecten die daarbij horen worden voorkomen.
Het is belangrijk om een weloverwogen keuze te maken of u uw huisdier wel of niet laat castreren. Overleg met uw dierenarts en benader eventueel een gedragstherapeut voor advies over de voor- en nadelen van castratie.
Als uw huisdier gecastreerd is, is nazorg essentieel voor een goed en snel herstel. Bescherm uw hond, kat of konijn daarom met het Medical Pet Shirt®, het diervriendelijke alternatief voor de kraag. In het artikel ‘Mijn dier is gecastreerd. En nu?’ leest u meer over de benodigde bescherming na castratie.